Home » Artikelen » “Verlichting bereikt het Vmbo via gedekoloniseerde filosofie.”

“Verlichting bereikt het Vmbo via gedekoloniseerde filosofie.”

Verslag van het Symposium – Denken voor Doeners, georganiseerd door de Hogeschool voor Toegepaste Filosofie
Zaterdag 12 november 2022, Utrecht


“Filosofie is voor iedereen”, stelt kinderfilosoof Stine Jensen ons gerust in haar openingslezing. Ook Vmbo-leerlingen vinden het leuk om met elkaar te oefenen in het denken. Ze toont scènes uit het tv-programma ‘Dus ik ben jr.’ dat ze met omroep Human maakte. Jongeren onderzoeken met elkaar een onderwerp, waarbij ze op denkstage worden gestuurd. Ze hadden er plezier aan te filosoferen over bijvoorbeeld de rol van geld en de vleesindustrie. Aan het eind van haar lezing, doorspekt met mooie voorbeelden van filosofische vragen en gesprekken, stelt een deelnemer de vraag: “Wat is het stomste aan filosoferen met jongeren?” Jensen: “Dat je eindeloos moet doorvragen bij kinderen die alleen met ‘Ja’ en ‘Nee’ antwoorden. Niet alle jongeren zijn zo vlotsprekend als die op tv.”

Dat filosofie ook toegankelijk moet zijn op het VMBO is de insteek van deze dag. Waarom?
Directeur Onderwijs van de Hogeschool voor Toegepaste Filosofie, Paul Teule in zijn introductie: “Als het gaat om bekostigd filosofieonderwijs, is er sprake van grote kansenongelijkheid. Dit is: Eén: gewoonweg oneerlijk. Twee: alleen onderwijs in kennis over filosofie op Havo en Vwo doet geen recht aan wat filosofieonderwijs moet zijn. Filosofieonderwijs is óók samen filosoferen, maar die vorm van filosofieonderwijs wordt niet bekostigd door de staat. En juist die praktische filosofische vaardigheden verdienen een plek in het Vmbo-curriculum. Drie: het doet geen recht aan wat we willen van het onderwijs. Alle 21ste-eeuwse vaardigheden (zie afbeelding) komen overeen met de vaardigheden waarmee leerlingen tijdens de filosofieles oefenen.”

Genoeg te leren en te bespreken!
Het publiek bestaat onder andere uit Vmbo-docenten, Htf-studenten die straks tweedegraadsdocent Filosofie zijn, kinderfilosofen, opleiders in kinderfilosofie en onderwijsontwikkelaars. Het aanbod op het uitverkochte symposium was boeiend en inspirerend.

  • Deelnemers leren van kinderfilosoof (Rotterdam Vakmanstad) en docent Mirjam Poolster dat je op het Vmbo het filosoferen boven de theorie moet plaatsen. Je moet ze serieus nemen en verantwoordelijk maken voor hun eigen antwoorden.
  • Onder leiding van socratisch gespreksleider en schrijver Kristof van Rossem (Het filosofisch gesprek) ervaren mensen zelf hoe het is om een filosofisch onderzoek te doen.
  • Filosofiedocent en schrijver Joan de Ruiter (Lupus) en Gerard Buurstra (HTF) vertellen over de mogelijkheden en belemmeringen zijn voor het vak op het Vmbo.
  • Journalist en schrijver Marc van Dijk (Trouw, Becky Breinstein) legt uit hoe je grote denkers kan vertalen naar het Vmbo-curriculum.
  • Welke leerdoelen en werkvormen je het best kunt inzetten, hoor je van filosofiedocenten Eva-Anne le Coultre en Margot Ellenbroek.
  • En dan is er het gesprek met oud-leerling Geertje Hulzebos. Ze vertelt hoe de eerste vraag van haar filosofiedocent op het VMBO ruimte in haar hoofdruimte maakte voor haar eigen gedachten en haar zo bevrijdde uit de dwingende sociale situatie waarin ze gevangen zat.

Men het er grotendeels over eens: het is voor leerlingen en de samenleving belangrijk dat filosofie en filosoferen een plek krijgen in het Vmbo-curriculum. Er wordt bovendien opgeroepen tot een Vmbo-community. Stuur een mail naar info@kinderfilosofie.nl als je je hierbij wilt aansluiten.

Dekoloniseren
“Filosofie en filosoferen kunnen niet zonder elkaar, je kunt het dus ook gewoon ‘filosofie’ noemen. Maar als je wilt dat de Verlichting ook Vmbo-leerlingen bereikt, zul je de filosofie eerst moeten dekoloniseren”, zo sloot filosoof Henk Oosterling het Symposium af.

Het is niet uitnodigend om ze te vragen mee te doen binnen het denkbeeld van de maatschappelijke ladder, waarin zij altijd onderaan moeten beginnen. Leerlingen van nu herkennen zich niet in die hiërarchie, maar juist in vragen over hoe culturen naast elkaar bestaan, over hoe de vraag van wie je bent afhangt van waar je geboren bent, over waarom de witte mannelijke bovenlaag het voor het zeggen heeft, over de eigen verantwoordelijkheid in de klimaatcrises. De vraag ‘Wie ben ik?’ gaat in deze tijd van netwerken niet langer over jouw positie op de maatschappelijke tweedimensionale ladder.”

“Wie je bent heeft meer en meer te maken met het knooppunt dat je inneemt in de in elkaar verknoopte netwerken waar je deel vanuit maakt: je familie, je buurt, je school, je werk, de culturen die in jou vermengd zijn. We moeten daarom een andere focus aanbrengen op ons idee van onderwijs en de maatschappij. Door anders te focussen, zie je de nieuwe samenhang van de rollen en verantwoordelijkheden binnen de maatschappij. Onderwijs moet kinderen leren nadenken over de rollen die ze spelen en hoe ze hun verantwoordelijkheid kunnen nemen. Kinderen vragen straks niet meer ‘Wie ben jij? maar Wat is je footprint?”

Om kinderen samen na te laten denken over de essentiële vragen van deze tijd, leer je ze creatief en kritisch denken, problemen oplossen, samenwerken, communiceren, sociale en culturele vaardigheden en zelfregulering, kortom: je leert ze samen filosoferen!

Geschreven door:

Paulien Hilbrink

bestuur CKN, kinderfilosoof, leerkracht
Meer artikelen uit dit dossier:
Share This